(je suis) marié, (elle est) mariée : (Ik ben) getrouwd, (zij is) getrouwd
se marier avec (un clown) : trouwen met (een clown)
marier (un couple) : (een koppel) trouwen
un mariage : een bruiloft, een huwelijk
- "Situation familiale : marié (à Adèle), 5 enfants, plusieurs maîtresses (Juliette, Marie, etc.)"
- "Un éléphant marié trompe sa femme éléphante quand il a une relation sexuelle hors mariage."
Heb je nog steeds moeite met 'Se marier avec'? Wil je je Frans verbeteren? Test onze online Franse lessen en ontvang een gratis niveaubeoordeling!
Dit zeggen onze cursisten over ons:
Heb je een slim ezelsbruggetje om deze regel te onthouden? Een tip om fouten met 'Se marier avec' te voorkomen? Deel hem met ons!
Schaaf je Frans bij en test gratis Frantastique, cursus Franse online.